Adriaan van Doorn was in de eerste plaats vrij beeldend kunstenaar en schilderde in die hoedanigheid voornamelijk genretaferelen; ook zijn er portretten en enkele strandgezichten van zijn hand. Daarnaast werkte Van Doorn in de toegepaste kunst als glas- en decoratieschilder. Hij woonde tot 1861 in zijn geboorteplaats Utrecht, met uitzondering van jaren 1855-’58, toen hij in Amsterdam woonde. Naar de hoofdstad keerde hij in 1861 terug, om zich hier blijvend te vestigen. Een aantal keren stelde Adriaan van Doorn zijn schilderijen tentoon, onder andere in Den Haag (1859), Groningen (1858 en 1860) en Antwerpen (1861).