Gerard Portielje stamde uit een artistieke familie: hij was de zoon van de Belgische figuurschilder Jan Portielje, zijn jongere broer was Edward Portielje. Gerard was al in zijn tijd bijzonder geliefd om zijn vrolijke genretaferelen. Meestal spelen deze zich af op het platteland, zoals in een herberg, werkplaats, bij de notaris of in de salon van een rijke landeigenaar. Er wordt gediscussieerd, geschaakt, gekaart of uitgerust na de jacht en vaak is er sprake van een humoristische ondertoon die direct in het oog springt. De schilder had ook een zeer goed oog voor detail: porselein, zijde en kostbare stoffen en kleden schildert hij minutieus en met grote kennis van zaken.