Het schilderen van stillevens was onder de realisten een geliefd onderwerp. Nadat Gerrit genoeg had van het arbeidsleven in de cacaofabriek Pette in Wormerveer, ging hij werken als autodidact kunstenaar. Met een ingetogen kleurenpalet wist hij gedetailleerd objecten als boeken, schelpen, potten en andere gebruiksvoorwerpen op doek te zetten. Al snel werd zijn talent ontdekt. In 1940 was zijn werk te zien op de groepsexpositie ‘Onze kunst van heden’ in het Rijksmuseum Amsterdam. Daar kocht het Rijksmuseum twee stillevens en een interieur van De Jong aan.