Niet beïnvloed door eigentijdse kunststromingen schilderde Jan Tiele in de vroege 20e eeuw impressionistische bloemstukken, stillevens en landschappen, maar ook stadsgezichten en figuurstukken. Hij werd opgeleid aan de Rijksacademie in Amsterdam, waar hij les kreeg van o.a. August Allebé en Nicolaas van der Waay. Tiele woonde de laatste tien jaar van zijn leven in Arnhem. In 1921 reisde hij naar Marokko en door Zuid-Europa, wat hem inspireerde tot het schilderen van expressieve, kleurkrachtige voorstellingen. De kunstenaar werd geprezen om zijn effectvolle stemmingsbeelden, en om de ‘natuurlijke weergave met een groote warmte van gevoel’.