Lammert van der Tonge woonde en werkte in Amsterdam totdat hij door heel Nederland trok om te schilderen. Zijn onderwerpen waren uiteenlopend, o.a. boereninterieurs, landschappen en portretten. Later in zijn carrière is hij bloemstillevens gaan schilderen. Hij leerde het schildersvak van Eduard Frankfort, die veel faam verwierf in zijn tijd en een geliefd docent was. Daarnaast studeerde hij aan de Rijksacademie in Amsterdam waar hij les kreeg van August Allebé en Nicolaas van der Waay. Vanaf omstreeks 1902 vestigde Van der Tonge zich in Laren, waar zijn schilderijen goed in de markt lagen. In 1913 was hij medeoprichter van de jaarlijkse tentoonstellingen in Hotel Hamdorff te Laren.