De in Duitsland geboren Maria van der Voort in de Betouw-Nourney woonde en werkte samen met haar schilderende echtgenoot H.J. van der Voort in de Betouw in de stad Arnhem. Het culturele klimaat in de Gelderse hoofdstad stimuleerde haar om deel te nemen aan landelijke exposities. De schilderes is voornamelijk bekend geworden om haar rijk uitgewerkte bloemstillevens. Door wisselende kleurschakeringen en rangschikking van haar boeketten kwam zij tot een grote variatie aan composities.