Pieter de Josselin de Jong werd opgeleid aan de academie in Den Bosch. Zijn talent werd er opgemerkt: hij kreeg een Koninklijke Subsidie, waardoor hij zijn studie kon vervolgen aan de academie in Antwerpen. Daarna verbleef hij enkele jaren in Parijs. De Josselin de Jong was in zijn tijd een van de meest gerenommeerde portrettisten. Zo schilderde hij koningin Emma (1893), koning Willem III (1894) en koningin Wilhelmina (1898) en vele andere hoogwaardigheidsbekleders, wetenschappers en ook collega’s (o.a. Charles Rochussen en Jozef Israëls). Rond 1890 begon De Josselin de Jong scènes uit het boerenleven te schilderen en vanaf 1894 ook fabrieksinterieurs en werkplaatsen. In 1883 kreeg hij voor zijn werk de gouden medaille van koning Willem III. Diverse andere onderscheidingen vielen hem verder ten deel, zowel in Nederland, Parijs, München, als in de Verenigde Staten.