Zoek op kunstenaar
Sluit

publicaties

persberichten

De Wereld van het Fischerhuis

februari 2008

Simonis & Buunk Kunsthandel opende in mei 2007 een derde galerie in Ede in het Fischerhuis. Bijna anderhalve eeuw lang was dit het woonhuis en kantoor van de notarisfamilie Fischer. Totdat het (rijks)monumentale gebouw na 1946 langzamerhand in verval raakte. Simonis & Buunk kocht het pand in 2004 en liet het zorgvuldig restaureren. Men ontdekte dat de betimmeringen hoogstwaarschijnlijk zijn ontworpen door de architect J.G. Wattjes (1879-1944), onder wiens leiding het pand in 1911 werd verbouwd. En de glas-in-loodramen van de bekende Haagse firma J.W. Gips werden in ere hersteld.

Net als de bestaande galeries 19e en 20e eeuw van Simonis & Buunk kreeg het Fischerhuis een interieur dat zich kenmerkt door een geheel eigen uitstraling, passend bij de architectuur en in harmonie met de schilderijen die er hangen. De inrichting is een ‘gesamtkunstwerk’: alles is op elkaar afgestemd, kleur- en decoratieschema’s, meubilair, glas, lampen, gebruiksvoorwerpen, muziek en zelfs de bloemen. Omdat de drie galeries heel verschillend zijn heeft de bezoeker het gevoel steeds een ‘andere wereld’ binnen te stappen, die de beleving van de geëxposeerde kunstwerken ondersteunt.

De tuin achter het Fischerhuis werd veranderd in een kleine, intieme beeldentuin, waar bij mooi weer ook koffie en thee wordt geschonken.

Voor de inrichting van het Fischerhuis was de leidraad de collectie meubels, lampen en gebruiks-voorwerpen van de Haagse School en de Amsterdamse School, verzameld door Frank Buunk en Mariëtte Simonis. De meubels zijn robuust, daterend uit de eerste decennia van de 20e eeuw, deels machinaal gemaakt en daarna met de hand verfraaid en afgewerkt. De Haagse School, een variant van de Art Deco, is herkenbaar aan de rechte, ‘kubistische’ vormen en warme houtsoorten. Het is als het ware een ‘mix’ van de stijl van Berlage, Frank Lloyd Wright, het robuuste meubel van de Arts en Craftsbeweging, en van De Stijl. Uitvoerders waren onder andere de meubelfabrieken van H.P. Mutters & Zn. en de firma H. Pander & Zn. in Den Haag en kleinere – veelal op idealistische leest geschoeide – werkplaatsen.

Van de Amsterdamse School, veel sculpturaler van vorm, zijn er karakteristieke lampen, mantelklokjes, aardewerk, glas en meubels. Zo staan er in de ‘notariskamer’ een partnerdesk en theetafel van Hildo Krop en twee juwelenvitrines die hij in 1917 ontwierp voor de winkel van Steltman in Den Haag.

Afbeeldingen