Zoek op kunstenaar
Sluit

Terrasje pakken of parkje doen?

Waarom zijn terrassen zo belangrijk, behalve dan dat zij een grote schare aan horeca exploitanten inkomsten bieden vanaf het moment dat de eerste zonnestralen zich laten zien en bezoekers dapper buiten plaatsnemen – winterjas en warme das nog om. Als alternatief is er ook het park; naar buiten als de vogeltjes fluiten en je eigen eten en drinken neem je gewoon lekker mee. Je kunt zitten waar je wilt, en je hebt de ruimte voor jezelf.

Parken zijn er sinds mensenheugenis, terrassen nog niet zo lang. Tot halverwege de negentiende eeuw was op straat drinken ‘weggelegd’ voor zwervers. In Parijs, waar de westerse wereld in die tijd werd uitgevonden, werden bij uitzondering wel eens wat stoelen buiten het café gezet. Maar pas rond 1860, toen de eerste boulevards van Haussmann waren aangelegd breidden cafés zich uit naar die brede straten, een prachtig decor voor een pronkerig, publiek leven. Al snel waaide de trend over naar Nederland. Sociëteit De Witte aan het Plein in Den Haag mocht in 1863 met toestemming van de gemeente een paar stoelen en tafels plaatsen. Jaren van lobbyen waren hier aan vooraf gegaan; de gemeente vreesde dat het terras een obstakel zou vormen voor ‘fatsoenlijke vrouwen’, die het Plein overstaken. Andere cafés aan het Plein volgden en steeds meer (bemiddelde) dames trokken de stoute schoenen aan en namen op de terrassen plaats.

Willem Jan Willemsen | De theeschenkerij in Park Sonsbeek, Arnhem, olieverf op doek, 50,5 x 69,5 cm, gesigneerd l.o.

Willem Jan Willemsen

schilderij • voorheen te koop

De theeschenkerij in Park Sonsbeek, Arnhem

Frans Helfferrich | Parkterras bij avond, olieverf op papier op paneel, 20,8 x 29,0 cm, gesigneerd l.o.

Frans Helfferrich

schilderij • te koop

Parkterras bij avond

Vanaf de jaren zeventig kwam de onstuimige groei van het terrasleven op gang. Tot die tijd streefde de stad een praktische functie na; bedrijven, instellingen, grote winkelcentra waren van belang en alles moest goed met de auto bereikbaar zijn. Jan Oosterman schreef in 1993 over de opkomst van het terras in zijn proefschrift De parade der passanten. In deze titel ligt al voor een deel het antwoord op de vraag besloten waarom terrassen niet meer weg te denken zijn uit een samenleving met steeds meer vrije tijd en zelfs een levensbehoefte voor velen zijn geworden. ‘Het leven is een schouwspel, en op het terras heeft men de beste zitplaatsen’, zei Oosterman. Het terras vormt een veilige plek tussen de private ruimte van een café of restaurant en de openbare ruimte op straat. Binnen heersen conventies, buiten is het terras een semipublieke ruimte, waar men onderdeel is van een vluchtige groep. Liep men tot in de jaren 60 via de onopvallende zij-ingang van het café naar binnen om een bittertje of biertje te bestellen, vanaf de jaren 70 kon men zich buiten laten zien met het glas in de hand. Op het terras kunnen mensen zich ontspannen en hebben ze een mooi venster op de samenleving; men kan zich zonder gêne spiegelen aan de passanten – een doorsnee van de bevolking – in de wetenschap ook zelf te worden bekeken. Het terras is de graadmeter voor gezelligheid geworden en laat vooral zien dat je geniet en dat je het goed hebt!

Het park daarentegen is toegankelijk voor iedereen. Je gaat op een bankje zitten, drinkt er je bekertje thermoskoffie of -thee op en je thuis gesmeerde broodje of je spreidt een picknickkleed uit op het gras voor een feestelijk buitenmaaltje. Misschien komt er nog een ijscoman voorbij die je een hoorntje verkoopt. Wie in het park gezien wil worden gaat op het grasveld in het midden zitten, wie in de luwte wil blijven gaat aan de rand van het park zitten. Voor ouders met kinderen is het park een uitgelezen plek om een activiteit te ondernemen. Zo ook voor jongeren, die lekker languit in het gras kunnen liggen en rondrennen – het comfort van een stoel en een gekoeld drankje dat de dertigplussers van belang vinden spreekt hen niet aan. Zij ervaren meer vrijheid in het park dan zij op het terras zouden doen.

Wat terras en park gemeen hebben is dat de mensen die er komen in beide gevallen gezelschap zoeken, maar dat er weinig interactie is. Mensen zoeken het liefst hun eigen soort op. Soms ontstaat er wel contact, wanneer er bijv. een optreden is waarover men dan met elkaar in gesprek gaat. En heb je nog geen zin in dat hele spektakel, dan zijn er bij ons meer dan genoeg geschilderde terrasjes en parken om in je fantasie plaats op te nemen en als passant in gedachten commentaar op de terrasgangers te leveren.

Louis Schutte | Zomermiddag op het terras, olieverf op doek, 77,7 x 94,5 cm, gesigneerd l.o.

Louis Schutte

schilderij • te koop

Zomermiddag op het terras

Charles Conway II | Hyde Park in Londen, olieverf op board, 19,6 x 29,5 cm, gesigneerd r.o. en gedateerd 1924

Charles Conway II

schilderij • voorheen te koop

Hyde Park in Londen

Ludovic Vallée | Een zomerse dag in het park, olieverf op board, 18,4 x 24,1 cm, gesigneerd l.o. met monogram en te dateren ca. 1938

Ludovic Vallée

schilderij • te koop

Een zomerse dag in het park

Harm Kamerlingh Onnes | Zomermiddag in het park, olieverf op doek, 50,4 x 61,2 cm, gesigneerd l.o. met monogram en gedateerd '63

Harm Kamerlingh Onnes

schilderij • te koop

Zomermiddag in het park

Robert Emil Stübner | Terras van het Café de la Paix op de Place de l'Opéra in Parijs, olieverf op doek, 60,2 x 75,0 cm, gesigneerd r.o.

Robert Emil Stübner

schilderij • te koop

Terras van het Café de la Paix op de Place de l'Opéra in Parijs

Evert Jan Ligtelijn | Op het terras, olieverf op paneel, 20,0 x 26,9 cm, gesigneerd l.o.

Evert Jan Ligtelijn

schilderij • voorheen te koop

Op het terras

Eugène Brands | Park bij avond, gouache op papier, 43,2 x 53,4 cm, gesigneerd r.o. en gedateerd '66

Eugène Brands

aquarel • tekening • te koop

Park bij avond